Impact maken door verbinding: de missie van Infra Talenten op InfraNXT
Met de komst van InfraNXT ontstaat een nieuw event dat zich inzet voor een versnelling van de sector én betere samenwerking binnen de wereld van de ondergrondse infra. Via het initiatief Infra Talenten op InfraNXT willen Astrid Bunt, voorzitter van Stichting Infra Talenten (een samenwerking van Enexis en 10 hoofdaannemers) en Directeur Operations Zuid bij Enexis en haar collega’s de ondergrondse infra zichtbaarder maken. Tegelijk willen ze het vakgebied aantrekkelijker maken voor een nieuwe generatie én beter positioneren binnen de grote maatschappelijke transities. We spraken met Astrid en projectleider Joanneke Buizer over het belang van verbinding, versnelling en vernieuwing.
De onzichtbare kracht onder de grond
“De ondergrondse infra is een markt die het tot een paar jaar geleden redelijk zelf heeft kunnen redden” legt Astrid uit. “Maar door de energie- en watertransitie moeten we nu enorm hard groeien – in capaciteit, maar ook in technologie en kennis.” Toch blijft het vakgebied voor veel mensen onbekend terrein. “Als je het over netcongestie hebt – de overbelasting van het elektriciteitsnet – denkt iedereen aan laadpalen of zonnepanelen, maar weinigen aan de infrastructuur eronder,” vult Joanneke aan. “Mensen zien de straat opengaan, er wordt iets ingelegd en het gaat weer dicht. Maar dat daar een wereld van techniek en samenwerking achter schuilgaat, weten maar weinig mensen.”
Een initiatief geboren uit urgentie
Het initiatief van Infra Talenten, Brabant Water en Water Maatschappij Limburg (WML) op InfraNXT is ontstaan uit een concrete behoefte: meer mensen in de techniek krijgen én die mensen eerder bereiken. “In het zuiden van Nederland ontbreekt het op dit moment aan een plek voor de ondergrondse infra sector,” aldus Astrid. “Wij willen dat nu gaan bouwen, letterlijk met een gezamenlijk plein tijdens InfraNXT, maar ook figuurlijk: als community waarin kennis, mensen en ideeën samenkomen. Op het plein tonen we innovaties en oplossingen binnen de ondergrondse infrastructuur, en ontvangen we studenten die met bussen naar de beurs worden gebracht. Zo maken we de branche tastbaar en zichtbaar voor de nieuwe generatie vakmensen.’’
Samenwerken met scholen speelt hierbij een grote rol. “We hebben nu al verbanden met velen scholen in de regio. We proberen jongeren al op hun zestiende aan ons te verbinden, bijvoorbeeld via een leertraject bij Enexis. Het is essentieel dat we opleiden en enthousiasmeren vóórdat jongeren keuzes maken die ze wegleiden van onze sector.”
Meer dan alleen werkgelegenheid
Hoewel werkgelegenheid een belangrijk thema is, draait het initiatief niet alleen om werven van personeel. “Het gaat om innovatie, om samen slimmer werken en om maatschappelijke vraagstukken oplossen,” zegt Astrid. “We hebben alles nodig om de energietransitie waar te maken: mensen, materialen, digitalisering, noem maar op. En dat lukt alleen als we kennis en innovatie breed delen.”
Joanneke benadrukt het bredere belang: “De focus ligt niet alleen op de studenten. Het gaat erom dat we samen werken aan oplossingen voor maatschappelijke vraagstukken zoals de energie- en watertransitie.”
Studenten spelen daarin een rol, maar het is vooral de combinatie van generaties en organisaties die het verschil maakt. “We laten jongeren zien wat de ondergrondse infra kan betekenen en hoeveel impact je daarin kunt maken,” zegt ze. “Maar tegelijkertijd staan er ook grote spelers als WML, Brabant Water en aannemers op het plein – partijen die midden in die transities staan.”
Volgens Joanneke is juist die mix van ervaren partijen en jong talent de kracht van het initiatief: “Deze bedrijven brengen niet alleen hun eigen innovatieve ideeën mee, maar zijn ook op zoek naar nieuwe inzichten. Door elkaar te ontmoeten en te versterken, bouwen we aan een sterker netwerk en vergroten we de slagkracht van de hele branche binnen Nederland.”
Verbinding is het sleutelwoord
Verbinding is voor Astrid het kernwoord. “Volgens haar verschuift de sector steeds meer van individueel naar collectief denken. “Het gaat niet meer om wie zelf het beste presteert, maar om wat we als geheel bereiken. Ik ben net zo blij als een aannemer een succesvol jaar draait, en voel net zoveel pijn als er iets misgaat bij een andere netbeheerder.” Die gezamenlijke verantwoordelijkheid ziet Astrid als de sleutel tot het aanpakken van de grote opgaven van deze tijd. “Het zou voor mij een prachtige bijwerking zijn als we dat gevoel versterken: dat we het echt samen moeten doen.”
Die verbinding moet niet beperkt blijven tot het event zelf. “De community is al gestart” zegt Astrid. “Als je wil dat het iets blijvends wordt, moet je daar al maanden voor het evenement aan werken. Wij doen een oproep aan alle exposanten: bouw mee aan deze community. Wat heb jij in te brengen in de oplossingen voor morgen?”
Wanneer is het evenement geslaagd?
Voor Astrid is InfraNXT geslaagd als het lukt om nieuwe verbindingen te leggen én jongeren enthousiast te maken voor de wereld van de ondergrondse infra. “Als we de leerlingen die langskomen enthousiast hebben gemaakt, dan hebben we iets goed gedaan,” zegt ze. “En als de ondergrondse infra wat ‘schwung’ krijgt – dat het gaat leven, aantrekkelijker wordt voor iedereen.”
Voor Joanneke ligt het succes van InfraNXT ook in het leggen van duurzame relaties met het onderwijs. “Verbindingen met scholen waar we in de toekomst op voort kunnen bouwen, dat is voor mij essentieel. En het zou geweldig zijn als InfraNXT uitgroeit tot een evenement waar men zich direct weer voor wil inschrijven.” Astrid sluit zich daarbij aan: “Het zou prachtig zijn als de markt na afloop zegt: dit moeten we vasthouden. Niet alleen als collectief, maar omdat iedereen heeft gevoeld: dit heeft écht toegevoegde waarde.”
Een oproep aan de sector
Infra Talenten is geen losstaand initiatief. Op InfraNXT is het onderdeel van een bredere beweging die de ondergrondse infra in de spotlight wil zetten. “De sector verandert,” zegt Astrid. “Van individueel presteren naar collectief impact maken. Dat zie je in hoe we omgaan met innovatie, veiligheid en samenwerking. Daarin is iedereen nodig. De vraag is niet óf je meedoet, maar: welk deel van de oplossing ben jij? Als we dat collectieve denken vasthouden, kunnen we écht impact maken op de grote maatschappelijke transities.”